Een stappenteller (of pedometer) is een klein apparaatje dat het aantal stappen telt dat je maakt tijdens een wandeling. De meeste stappentellers bepalen aan de hand van je staplengte en het aan stappen de gelopen afstand. De iets wat duurdere exemplaren hebben andere functies, zoals calorieënverbruik, stopwatch en een snelheidsmeter. Ook met veel Wandelapps kan je het aantal stappen tellen.
De meeste stappentellers kunnen dus op een vrij betrouwbare wijze de lengte van je wandelroute bepalen. Ook met behulp van GPS en Wandelafstanden berekenen kan je de lengte van je wandeling bepalen. Een andere mogelijkheid is met behulp van je staplengte, een exact afgemeten afstand (bijvoorbeeld langs de snelweg) en een stopwatch. Hieronder de handleiding met drie rekenmachines.
Om de staplengte te bepalen loop je in een gemiddeld geleidelijk tempo een exact afgemeten afstand en daarbij tel je het aantal stappen. De gelopen afstand deel je door het aantal stappen. Het resultaat is je staplengte. Bijvoorbeeld: tijdens 1000 meter zet je 1550 stappen: 1000/1550 is afgerond 65 cm per stap. De gemiddelde staplengte voor een volwassen man is 70 cm. Bij vrouwen is deze 60 cm. Opmerking: de paslengte is iets anders als de staplengte. Een pas bestaat uit twee stappen.
Hierna ga je in hetzelfde wandeltempo (dus met dezelfde staplengte) een minuut wandelen en je telt hierbij het aantal stappen. Het aantal gelopen stappen wordt vermenigvuldigd met je staplengte. Het resultaat is het aantal gelopen centimeters per minuut. Vermenigvuldig je dit getal met 60 dan krijg je de gelopen afstand per uur.
Met deze rekenmachine kan je de lengte van je wandelroute bepalen